7 oktober 2021
Bij collectief ontslag van personeel, moet u gebruik maken van afspiegelingsregels om te bepalen wie als eerste voor ontslag in aanmerking komt. Collectief ontslag moet altijd gemeld worden bij de vakbonden.
Er is sprake van collectief ontslag als 20 of meer medewerkers tegelijkertijd hun ontslag krijgen. De werkgever moet zich dan houden aan de wettelijke regels voor collectief ontslag en het afspiegelingsbeginsel toepassen. Sinds 1 april 2014 zijn de regels voor collectief ontslag aangepast.
Het UWV toetst de ontslagaanvraag op drie punten:
Wet melding collectief ontslag
Bij het ontslag van grotere groepen medewerkers (20 of meer) die grofweg dezelfde taken uitvoeren, geldt de Wet melding collectief ontslag (Wmco). Hierbij is het inschakelen van het UWV onvermijdelijk, omdat de melding van het ontslag bij deze instelling moet plaatshebben.
Collectief ontslag moet altijd gemeld worden bij UWV en de vakbonden, via welke weg het ontslag ook wordt gerealiseerd. Het maakt niet meer uit langs welke route een werkgever zijn werknemers ontslaat: via het UWV, via de rechter of via een beëindigingsovereenkomst: melden moet altijd.
Het UWV bekijkt bij de ontslagvolgorde of bij ontslagen recht is gedaan aan het afspiegelingsbeginsel. Dat houdt in grote lijnen in, dat na de ontslagronde personeel van alle leeftijdsgroepen binnen een functie over moet blijven. Het is dus niet (meer) toegestaan om alléén de nieuwste medewerkers of juist alleen ouderen te ontslaan.
De belangrijkste regelgeving zijn:
De werkgever moet, nadat hij de uitwisselbare functiegroepen heeft bepaald, eerst vaststellen of er in deze functiegroepen werknemers zitten die recht hebben op AOW. Als dat zo is, komen de AOW’ers als eerste in aanmerking voor ontslag.
Vervolgens moet u de gebruikelijke regels van het afspiegelingsbeginsel toepassen. Om dit mogelijk te maken, heeft de wetgever de leeftijdscategorie van ‘55 jaar en ouder’ gewijzigd in ‘55 jaar tot de AOW-gerechtigde leeftijd.
Bron Personeelsnet / UWV